Deze ochtend wekken onze expeditieleiders ons, wederom in twee talen, om 07.30 uur. We hebben, de hele nacht doorvarend in noordelijke richting, opnieuw het pakijs bereikt dat in luttele dagen een eind naar het noorden is gedreven. Men verzoekt ons mee te zoeken naar wildlife, en inderdaad zien we af en toe een Baardrob op het ijs liggen, en tweemaal eentje meezwemmend met het schip. Natuurlijk neemt het vogelleven ook toe, en clubjes kwetterende Drieteenmeeuwen duiken op de kreken en scheuren die ons schip in het ijs maakt als ze er schurend doorheen breekt: een aantal keer zie ik ze iets garnaal-achtigs oppikken. Clubjes Zwarte en Kortbekzeekoeten zitten zich rustig te poetsen, en alleen als het schip recht op ze afkoerst duiken ze onder of proberen ze al watertrappelend & wegflappend een veilig heenkomen te zoeken. Paartjes Kleine Alken zitten schattig te wezen op het water. Het sneeuwt soms zachtjes, maar als gevolg van het ontbreken van wind is het toch niet al te koud buiten – een graadje of -1, schat ik.
Na het ontbijt gaan we weer naar buiten en rond 09.30 uur wordt onze vierde IJsbeer van de trip gespot. Het is een zwaar, breedgeschouderd mannetje, dat in ons lijkt te zijn geïnteresseerd en over het pakijs op ons af komt lopen. We volgen hem een klein uur waarbij we hem regelmatig zien zwemmen, tijdens het lopen de kop heen en weer zwaaiend alsof hij reikhalzend uitkijkt naar een lekkere vette zeehond. Wij hebben een paar dekken op hem voor, maar zelfs van bovenaf zien we zo gauw niets liggen in de buurt, dus deze beer zal nog een paar uur moeten lopen voordat hij weer een kans maakt op een lekker maal. Na een uur varen we door en verlaten zo langzamerhand het pakijs om langzaamaan, min of meer, de terugweg te aanvaarden naar het zuiden. Het is nog niet gedaan – na de lunch krijgen we enkele (optionele) lezingen en worden we bijgepraat over onze opties voor de komende twee dagen …
En inderdaad, opties zijn er! Steven heeft het al sinds de start van de reis over Smeerenburgh, een oud-Nederlands walvisvaardersstation op de noordwestpunt van Spitsbergen, met een grote en tot de verbeelding sprekende historie. Deze plek is verknoopt met de Nederlandse geschiedenis, en als je toch op Spitsbergen bent … maar op de heenweg had men, op deze Polar Bear Special, met name IJsberen op de korrel, en bovendien versperde een lading pakijs de toegang tot de baai. Nu, vier beren later, lijkt de bemanning te zijn gezwicht voor de pleidooien van (o.a.) mij en (m.n.) onze Nederlandse arts Anne-Geerte en wordt er een zodiaclanding in Smeerenburgh aangekondigd voor vanavond!
De namiddag varen we langs de westkust, waar de hoogtepunten bestaan uit een Dwergvinvis (die helaas alleen wordt waargenomen door een Zwitser, Remco en de expeditieleider) en enkele tientallen Papegaaiduikers, alsmede een zomerkleed Middelste Jager die langzaam langsvliegt.
Steven doet verslag van het bezoek aan Smeerenburgh: Rond 17.00 uur varen we de fjord bij Amsterdameiland binnen. Eerst gaan de germanen in de boot, daarna mogen de anderstaligen. Aber wir sprechen doch auch Deutsch? Na een korte tocht in de zodiacs komen we vijf zwemmende en proestende Walrussen tegen. We volgen ze enige tijd van een afstandje. Ze snuiven en proesten als ze boven komen. Bovendien ruiken we ze ook. We vermoeden dat ze ons ook ruiken.
Als Smeerenburgh weer toegankelijk is (er mogen telkens maar een beperkt aantal mensen aan land) mogen wij het strand op, omringd door onze gidsen. Die allemaal een geweer dragen om ons tegen aanvallende ijsberen te beschermen. Grappig te bedenken dat we er alles aan doen om ijsberen op te zoeken (uren varen we daarvoor door pakijs), maar nu zijn we bang dat ze zomaar ergens vandaan ons aanvallen.
Een bijzondere ervaring om op een strand te staan, waar vier eeuwen geleden Nederlandse walvisslachters, in barre omstandigheden, hun werk deden. Wij hebben het nu, in de modernste goed isolerende kleding, al koud. Het is twee graden, er staat een beetje wind en af en toe schijnt de zon. En dan te bedenken dat ze het op dit kleine stukje strand minstens vier maanden moesten zien uit te houden. Slechts in schamele hutjes konden ze zich beschermen tegen de kou. Een aantal paaltjes in de grond laten nu, na vier eeuwen, nog zien waar vroeger deze hutjes gestaan hebben. We zien de sterk verweerde resten van de traanovens, waar het vet van de talloze Groenlandse Walvissen gekookt werd. In deze resten zien we dat de Nederlanders dieprode en gele gebakken stenen uit Holland meegenomen en gebruikt hebben. Naast alle bergen in deze omgeving is het goed te begrijpen dat de Nederlanders dit vlakke stukje strand uitgekozen hebben om hier de walvissen op het strand te trekken en tot vet te verwerken. We maken foto’s van een plaquette, waarop al deze activiteiten herdacht worden.
Daarna lopen we als pinguins richting drie reusachtige walrussen, staan daar stil naar te kijken, maken foto’s en stappen weer de zodiacs in. Terug naar de Plancius en genieten van een voedzame maaltijd.
Remco vervolgt: na de voedzame maaltijd stuurt de kapitein de Plancius behoedzaam de nauwe maar wonderschone Magdalenenfjorden in, waar de zon op de steile, grotendeels besneeuwde hellingen en diverse blauwwitte gletsjers staat. Aan beide zijden van het schip zwemmen geregeld paartjes Papegaaiduikers, we zien paartjes Grote Burgemeesters, Eiders, Noordse Sterns en zelfs een paartje Kleine Rietgans – maar het vogelhoogtepunt bestaat uit duizenden Kleine Alken die als Spreeuwen heen en weer voorlangs de steenhellingen zwermen, op zoek naar een geschikte broedlokatie. Ook in deze fjord zien we enkele Walrussen langsproesten, maar de gehoopte beluga’s blijven vooralsnog uit ….
Vannacht zetten we koers naar de diepten ten westen van Spitsbergen met morgen, onze laatste volle dag op de Plancius, kans op diverse soorten walvissen.
Vanaf net geen 80° Noord,
Remco Hofland en Steven de Vlieger
Zelf mee met een IJsberenspecial? Kijk hier voor meer informatie.
Liever een expeditiecruise met een zeer lage prijs? Kijk dan naar Biskaje Pelagic.
Of liever een vogelcruise verder weg ? Kijk dan naar de Atlantic Odyssey.